416 - Uw trouw, o God, is groot
 
1 Sterk onze ziel, bij d' aanvang van dit jaar.
Behoed Uw volk voor dreiging van gevaar.
De ganse wereld zucht in zorg en nood,
Maar Uwe trouw, o God, is groot.
Maar Uwe trouw, o God, is groot.
 
Refrein Gij draagt het licht in Uw doorboorde hand,
Gij draagt het licht in Uw doorboorde, Uw doorboorde hand,
En 'k volg het stil tot 'k kom in 't Vaderland.
En 'k volg het stil tot 'k kom in 't Vaderland, Vaderland.
Gij zijt mijn kracht in leven en in dood,
Gij zijt mijn kracht in leven en in dood, en in dood,
Want Uwe trouw, o God, is groot.
Want Uwe trouw, o God, is groot.
 
2 O, draag ons over woeste golven heen.
Gij waart altoos de Hoorder der gebeên,
Die ons bestraalt met hemels morgenrood,
Want Uwe trouw, o God, is groot.
Want Uwe trouw, o God, is groot.
 
3 Wees in dit jaar ook onze gids en kracht.
Straal als een held're ster in 's werelds nacht.
Wie op U bouwt, vindt uitkomst in de nood,
Want Uwe trouw, o God, is groot.
Want Uwe trouw, o God, is groot.
 
(De in rood vermelde tekst is de tekst van de tegenzang.)