252 - O, morgen van eeuwige glorie | ![]() | |
1 |
O, morgen van eeuwige glorie, Zo lang door Gods kind'ren verwacht, Wanneer Jezus komt in victorie, Omringd door Zijn eng'len vol kracht, Wanneer de bazuin zal weerklinken, d' Archangel Gods volk roept bij naam, Dan zien wij de graven geopend, Gods heil'gen verrijzen tezaam. |
|
Refrein |
Hij komt, ja Hij komt Hij komt, de Heiland komt In majesteit en macht. Geen zorg en droefheid zal meer zijn; Voorbij is de somb're nacht. Hij komt, ja Hij komt! Hij komt, de Heiland komt! Doet aan het bruiloftskleed. Ontwaak, o ziel want Jezus komt. O, houd uw lamp gereed. | |
2 |
Uw Bruidegom zal weldra komen En afwassen iedere traan. De innige hope der vromen Zal men in vervulling zien gaan. Het aardse en zwakke omhulsel Maakt plaats voor een lichaam vol kracht. O, wond're genade des Heren, Die 't alles voor ons heeft volbracht! | |
3 |
De Heiland zal spoedig verschijnen, Vergaad'ren de zijnen tezaam, En zijt gij een schaap van Zijn kudde, Dan roept Hij ook u bij uw naam. O, geef dan uw leven aan Jezus, En kies Hem voor altijd, mijn vrind, Opdat g' als de Heiland zal komen, De deur niet gesloten vindt. | |
(De in rood vermelde tekst is de tekst van de tegenzang.) |