244 - Alzo lief had God de wereld | ![]() |
Vers 1 |
|
D G D G Alzo lief had God de wereld, D7 G D Dat Hij zond Zijn een'ge Zoon. D G D G Tot verlossing onzer zonden, D Asus4 A7 D Daalde Jezus van Gods troon. G D7 Em D7 Ere zij de dierb're Zoon van God, G D7 D7sus4 Em D Vol van lief - de en ge-na, G D G G7 C Die eens boette onze zware schuld G D7sus4 D7 G Op het kruis van Gol - gotha. | |
Refrein | |
G Lof en e - re, onze Here, Lof en e-re, onze Here, C G D7 G D Bethl'hems ster vol heerlijkheid! G Wil ook in mijn harte rijzen. Wil ook in mijn harte rijzen. 'k Zal Uw Naam dan eer bewijzen, 'k Zal Uw Naam dan eer bewijzen, C G Met de eng' - len Gods U prijzen, Met de eng'len Gods U prijzen, D D7 G Nu en tot in eeuwigheid. | |
Vers 2 | |
Wonder Gods, zo onbeschrijflijk groot, God als mens, geopenbaard, Om te dragen 's werelds zondeschuld, En te sterven op deez' aard. Liefde Gods, onpeilbaar als de zee, Onuitspreeklijk diep en teer, O, mijn ziel aanbidt de heil'ge Naam Van mijn Heiland en mijn Heer. | |
Vers 3 | |
Halleluja! Ere zij het Lam, Dat de doornkroon droeg voor mij, Dat genageld werd aan 't ruwe kruis En gestoken in de zij. 'k Wijd mijn hart en leven Jezus toe. 'k Wil geheel de Zijne zijn. Hij, die eens zich offerde voor mij, Hij heeft recht op al het mijn! | |
(De in rood vermelde tekst is de tekst van de tegenzang.) |