166 - Wat zal uw oordeel zijn?
 
1 Het is de mens gezet om eens te sterven,
En daarna 't oordeel, dat hem is bereid.
Wat zal het zijn: het eeuw'ge leven erven,
Of bange dood voor u in d' eeuwigheid?
 
Refrein Wat zal uw oordeel zijn?
Wat zal uw oordeel zijn?
Wat zal uw oordeel zijn,
Als gij voor God zult staan?
 
2 Als straks bij 't oordeel opengaan de boeken,
Waarin zal dan uw naam geschreven zijn?
Zal men die in het boek des levens zoeken?
Of zal het zijn: Ga weg in d' eeuw'ge pijn!
 
3 Hebt g' u nog niet bekeerd van al uw zonden?
Gaaft gij nog geen gehoor aan Jezus' stem?
Zocht gij reeds heil in 't Bloed van Jezus' wonden?
Vond uwe ziele reeds rust aan 't hart van Hem?
 
4 Zoekt gij geluk in 't aardse zondeleven?
Ontsteelt g' uw hart aan Hem, die u zo mint?
Kom, keer terug, wil voor Zijn Woord nu beven.
De Vader wacht op Zijn verloren kind.
 
5 Hoe vaak deed Jezus u Zijn stem reeds horen!
Waarom dan heden weer die stem versmaad?
Hoe zal het zijn, behouden of verloren?
O, stel niet uit, 't is wellicht straks te laat.