37 - Ik ben de Deur | ![]() | |
1 |
Mijn schapen horen naar Mijn stem, Ik ken ze en zij volgen Mij, En 'k geef hun eeuwig zalig leven. Ik ben de Deur. Ik ben de Deur. |
|
Refrein |
Ik geef Mijn leven voor de schapen, Ik ben de Deur tot 't heiligdom, Die door Mij ingaat wordt behouden. Ik ben de Deur. Ik ben de Deur. | |
2 |
Ik roep Mijn schapen bij hun naam, En leidt ze uit in groene wei, Aan stille waat'ren vol genade. Ik ben de Deur. Ik ben de Deur. | |
3 |
Ik ben de een'ge Midd'laar Gods, Door Mij slechts komt gij tot de Vader. Ik boette op 't kruis der wereld zonden. Ik ben de Deur, Ik ben de Deur. |